Ik
beschrijf het paard in de opdracht in termen van zacht en hard. Ik vergelijk
het niet met een goudvis en zet het niet in een moeras. Ik beschrijf vanuit de
tastzintuigen.
Een
beetje saai, vindt de juf.
Dan
ontleden we een moeilijk gedicht. Ondanks dat ik zo mijn meningen heb gaat het
ontleden me verrassend goed af. Ik, met nul ervaringen in poëzie, ga het gedicht zelfs waarderen.
De
juf poert dat ik waarschijnlijk niet begrijp waarom iemand zulke heftige
belevenissen op deze manier omschrijft. Jazeker wel, probeer ik nog, al vind ik wel dat de
dichteres het verre uiterste in het spectrum ‘ik blijf lekker vaag’ heeft
opgezocht.
Maar
ik weet dat het te laat is. Op mijn voorhoofd zal de hele cursus het
onverbiddelijke “fantasieloos” prijken.
Ik zou ermee ophouden en alleen die ene les betalen.
BeantwoordenVerwijderenHahaha, misschien zou ik dat ook wel doen als ik niet zo nieuwsgierig was naar het vervolg
VerwijderenHet vervolg blijkt fantastisch! ;-)
BeantwoordenVerwijderenIk blijf
Dacht ik al gezien je laatste.
BeantwoordenVerwijderen