12 februari 2015

Eetplekken

Op een van mijn werkplekken eten ze gezond. Het zijn dan ook bijna allemaal vrouwen en dat stimuleert denk ik.
Op mijn andere werkplek nemen ze zo vaak en zoveel mogelijk soep en tosti’s en kroketten, laat ik me vertellen. Niet omdat ze dat altijd al deden, maar omdat het straks niet meer kan als de keuken tussen de middag gesloten is.

De eerste werkplek, de nieuwste, heeft als gewoonte dat we om 12.00 uur allemaal aan een grote tafel gaan zitten en onze meegenomen pakketjes uitpakken. Het zijn veelal bakken vol salades, en ook nog eens zelfgemaakt. Als ik op een dag een bak van oom Albert meebreng voel ik me bijna schuldig dat ik overvloedige conserveringsmiddelen aan tafel heb uitgenodigd. De collega naast me vertelt over het dieven van tomatenplantjes in haar moestuin en ik kijk naar de brokken gorgonzola die in mijn saladebak aan de amandelen kleven.
Als ik mijzelf niet hoefde te verdelen over twee werkplekken zou ik de hele dag ook wel tomatenplanten willen dieven. Als ik wist hoe dat moest dan.

Op de Vrouwen Werkplek halen we koffie voor elkaar, ook tijdens vergaderingen.
Er staat een automaat en we hebben allemaal een sleuteltje. Er is geen bediening die de helft van de tijd niets zit te doen om af en toe mensen te ontvangen en te woord te staan. De ontvangst is op werkplek één namelijk geregeld door een wisselende baliemedewerker die gewoon haar eigen werk doet op een balieplek.
Soms hoeft het niet zo formeel te zijn ingericht.
Maar het leukste van werkplek één is wel dat ik vorige week de vrijmibo heb geïntroduceerd met mijn meegenomen flesje Cabernet Sauvignon, en dat niemand dat vervelend vond. En dat er geen bediening op een glas meer of minder keek.



1 februari 2015

Zoet

“Dat ga ik ook doen,” schamperde man X, “Een club oprichten en dan zelf bepalen wie er in mag.”
Ik zei niets terug, in de hoop dat hij zelf hoorde wat hij zei. En ook omdat ik niet hardop wilde zeggen hoe erg ik het voor hem vond dat hij blijkbaar niet de vrijheid voelt om zelf te bepalen wie hij op zijn feestjes wil hebben.

Man Y zei: “Je zit dus gewoon met een paar vrouwen bij elkaar, drinkt wat thee en wijn en eet taart? En je hebt dan meteen maar een Club? Maar dan kun je toch álles wel een Club noemen! Dan had ik gisteren met mijn vrienden in de kroeg ook een club!”
“Ja. En?”

De stem van man Z sloeg bijna over.
“Je bakt niet, je wisselt geen recepten uit, je gaat alleen maar met een stel vrouwen één taart eten en je noemt het De Taartenclub!”

Ik vind jaloezie maar een lelijk monster.