17 mei 2013

Fysiotherapie


Ze laat me op de rand van de massagetafel plaatsnemen, waar ik kleine oefeningen moet doen met alleen mijn hoofd en nek.
Bovenin mijn schouders zitten trosjes spieren het zo knus te hebben met elkaar dat ze zich liever in een knoop kleven dan terug gaan naar hun eigen plek. Het voelt ook allemaal wat minder soepel dan vorig jaar, toen ik nog niet zo serieus hardliep. Al leg ik dit verband liever niet zo vlak voor de Ladies Run.
Ze knijpt bovenin mijn schouders en duwt onprettig hard in het theekransje.

Qua afleiding kauw ik op ‘schouder’ als in Schouw-der. Ogen in je rug. Argos, nee die had er 100, ik nul. Ik kan zo gruwelijk blind zijn.
Ik kauw wat verder op de spieren in mijn schouder, dat ondefinieerbare gebied waarvan ik niet weet waar het begint en waar het eindigt. Ik zal het thuis eens opzoeken.
En tot waar lopen de armspieren eigenlijk door in de schouder? Want stel dat ik na een vliegtuigramp midden in de jungle een arm bij mijzelf of iemand anders moet afhakken, dan is het wel handig om te weten hoeveel ik van de arm zelf en de oorspronkelijke armspieren moet bewaren om een kunstarm goed te kunnen laten functioneren.

Ik zoek tussen de afbeeldingen aan de muur, maar voor ik de juiste amputatie-aanwijzing gevonden heb moet ik op mijn buik liggen.
“Ontspan,” zegt ze met een vuist stevig op mijn wervels, “Gewoon ontspannen, dan gaat dit het best.”
Ik adem uit en ontspan fanatiek. Ik adem nog meer uit en frons mijn hele hoofd. Er ontsnapt een klein “au”-tje.
Ik maak me zorgen dat ik geen goede cliënt ben.
Nog 2 wervels te gaan. Nog 2 herkansingen.
Als ze straks maar wel opschrijft dat ik mijn best doe.


8 mei 2013

Het zwijgen van onze vrienden


Gisteren werd ik getroffen door 2 mooie vrouwen: de Amerikaanse schrijfster Maureen Johnson en de Nederlandse journaliste Renate van der Zee.
Maureen vroeg zich op Twitter af waarom en hoe boekomslagen gebonden zijn aan het geslacht van de schrijver, en daagde haar volgers, en die van de Huffington Post, uit om de omslag aan te passen en tegelijk ook de sekse van de schrijver. Dat leverde prachtige nieuwe boeken op, maar ook veel inzichten en opmerkingen over boeken die lezers hadden laten liggen vanwege het meisjesachtige gesprankel op de voorkant. Nu ze een zogenaamd mannelijk en ineens dus impliciet inhoudelijk verantwoord beeld hadden gekregen werden de boeken als volwassener gezien.
Maureen postte ook een verhaal van Deborah Copaken Kogan, een schrijfster die werkelijk alle bagger over zich heen heeft gekregen van uitgevers en journalisten. Want dat werd en passent ook wel duidelijk: je kunt schrijven wat je wilt als vrouw, de rest van die wereld wordt gedomineerd door mannen. Hun mening wordt gezien als de enige echte en ware. En de enige belangrijke. http://www.thenation.com/article/173743/my-so-called-post-feminist-life-arts-and-letters#

Ik werd er op slag depressief van.
Maar ook een beetje vechtlustig.
Maureen liet op een mooie en subtiele manier mensen ervaren wat het verschil is in niet alleen behandeling maar ook in perceptie. Overigens schreef ze ook: binnen no time heb je een reactie van een man of vrouw dat je je beter met andere zaken bezig kunt houden (“Shut the F*** up”) en daarna volgt nog een man die uitlegt hoe het echt in elkaar zit. Standaard.
En inderdaad. Over die laatste man heb ik me nog even druk gemaakt op Mevrouw Moniek maar ik las bij Maureen dat dit zo hoort. Pas als het niet gebeurt moet je je zorgen gaan maken.
Hier staan een paar resultaten van de coverflip-wedstrijd die volgens mij geen winnaar kent: http://www.huffingtonpost.com/2013/05/07/coverflip-maureen-johnson_n_3231935.html?1367956789#slide=2421899
Over de resultaten valt te discussiëren, over wat ze aanzwengelt niet.

Renate schrijft over prostitutie en mensenhandel. Het artikel in de Volkskrant dat mij een paar weken geleden zo aangreep ging over betrokkenen die niet of nauwelijks gestraft worden. Er bestaat simpelweg geen maat voor, de rechters zijn niet goed opgeleid en wat mij het meest schokte was de opmerking: “Ach, ze hebben er toch zelf voor gekozen”?
De tendens om het niet erg te vinden wat vrouwen overkomt is huiveringwekkend. Renate haalde uit Zweden een antwoord op dit afschuwelijke beleid: straf de pooiers en doe dat goed. Want inderdaad ja, in Nederland vindt men de rol die pooiers spelen van geen enkele zorg. Gisteren las ik in de VK rubriek Nabrander dat de minster daar niet aan mee wil werken. Tafel, veeg, hup, weg.
Ik viel van mijn stoel toen ik dat las.
Ligt het aan de mannenmaatschappij waar wij in leven? Moeten we ons erbij neerleggen dat het hier slechts om vrouwen gaat en ja, hallo! dat is niet het belangrijkste volk op aarde hoor?

Ik mailde wat heen en weer met Renate en werd nieuwsgierig naar haar open profiel. Ik vond haar op Facebook waar iemand een TEDx filmpje had geplaatst dat ik onmiddellijk ben gaan kijken. En ik raakte 19 minuten lang geboeid door een man die het, gelet op zijn ademhaling, blijkbaar spannend vond om zijn verhaal te doen.
Maar wat voor verhaal! (http://youtu.be/KTvSfeCRxe8)
Jackson Katz vroeg zich af waarom “John beat Mary” al heel snel verandert in “Mary was beaten”. Waarom vragen wij ons af waarom Mary zich laat slaan terwijl we ons beter af kunnen vragen waarom John slaat? Maar John maakt gek genoeg dan al geen deel meer uit van het gesprek. Serieus.
Mary moet er ‘iets aan gaan doen’, John niet.
Het is wel helder wat we erger vinden.
Jackson gaf ook een antwoord: mannen moet leiderschapstraining krijgen. Mannen moeten elkaar er op durven aan te spreken. Niet alleen als ze zien hoe een man een vrouw of kind verkracht (...), maar ook als een man een seksistische opmerking maakt. Daar begint het, met dat te tolereren.
Dan maar een zeikerd zijn.

En alsof ik nog niet genoeg toeval had meegemaakt voor één dag las ik gisteravond dat in de VS een buurman 3 gekidnapte vrouwen had bevrijd. Een van de vrouwen was er eindelijk in geslaagd een opening in de deur te maken en schreeuwde de longen uit haar lijf. De eerste gedachte van de buurman was: “domestic violence”, wat voor de meeste mensen een reden is om zich om te draaien. Vreemd genoeg verwachtte ik dat ook en dacht “hè, jammer!” alsof het logisch is dat mensen zich buiten huiselijke twisten houden.
Maar nee, deze man deed wat de spreker van TEDx andere mannen had voorgehouden: hij stapte er op af en bevrijdde de vrouwen die 10 jaar opgesloten hadden gezeten.

Gisteren was een bijzondere, rare en ook emotionele dag voor mij. Zoals ik Renate mailde: ik denk er over na wat ik zou kunnen doen. Maar nu nog even niet, ik vind dit te heftig.
De overeenkomst tussen beide mooie vrouwen is dat ze niet zwijgen over de absurde manier waarop vrouwen behandeld worden. Het ergste vind ik dat vrouwen ook elkaar zo behandelen maar dat is iets voor later.
Ik ben slecht in onthouden van citaten maar deze van Martin Luther King vergeet ik niet en vat het verhaal denk ik wel samen:
“In the end we will remember not the words of our enemies, but the silence of our friends.”



7 mei 2013

Coverflip


Dit moet ik echt even vertellen:
Een Amerikaanse schrijfster, Maureen Johnson, vroeg zich gisteren op Twitter af hoe boekcovers er uit zouden zien als de boeken door iemand van het andere geslacht was geschreven.
Samen met de Huffington Post Books daagde ze volgers uit om een nieuwe cover te maken.

De inzendingen zijn met #coverflip te volgen op Twitter en Tumblr.
Ze zijn soms hilarisch, soms alleen maar pijnlijk als je beseft hoe kleinerend schrijfsters en lezeressen worden behandeld.
Ik vind het geniaal, zo'n actie.

Wat een beetje knaagt is een man die op Twitter opmerkt:  Coverflip shows that girls are very aware of how books are marketed to them, but not how they're marketed to boys.
Wat een denigrerende lulhannes. Natuurlijk hoeven we dat niet te weten. En nu terug in je hol. Sukkel.



5 mei 2013

Je peinst wat af als hardloper


Het is lang geleden dat ik op atelierbezoek ben geweest.
Dus stap ik deels uit schuldgevoel, deels uit plicht maar voor het grootste deel natuurlijk uit nieuwsgierigheid op zaterdagmiddag op de fiets en trap richting het voormalig Biologisch Centrum in Haren.
Daarbij doorkruis ik 3 van mijn hardlooproutes en kan ik alleen nog maar aan hardlopen denken.

Hier ga ik rechtdoor als ik maar 3 kilometer wil lopen. Hoeveel zou dat driehoekje door Essen nou echt bijdragen aan de tijd? Hoeveel hardlopers zouden er per dag door Essen lopen? Ik kom er altijd wel een paar tegen.
Zal ik volgende week weer eens door de Molenweg lopen? Dan ben ik al na 3,5 km bij het BC, een kilometer nadat het fatsoenlijke asfalt weer begint. Zo gek dat de dure huizen aan het begin van de Kerklaan hobbelige stoepen hebben. Overal opkomende boomwortels. Mag dat wel van de sjieke buurtvereniging?

Die weg inslaan betekent 9 kilometer.
Zal ik morgen ook met koud weer in korte broek gaan lopen? De 20 minuten naar het zuiden en dan weer 20 minuten terug geven me wel mooi binnen een maand hele bruine benen.
Eerst maar eens zien of het niet regent. Gek dat ik de regen en sneeuw nooit echt opmerk als ik loop. Het zal wel niet hard regenen, of is dat verhaal van trance echt waar?
Ik knik op de fiets naar een hardloper en zeg "hoi". Zo zielig om als fietser aan te geven "ik hoor bij jullie, hoor". Ik besluit de slip of the tongue te zien als compensatie voor de studentikozen die zich wat afzijdig houden van ons genootschap.

Op dit kruispunt wil ik toch weer eens na 15 minuten aankomen, in plaats van pas na 18. Dat is me ooit gelukt en dat wil ik weer!
En hier zeg ik altijd in gedachten tegen fietsende tegenliggers: “Ja ik loop aan de linkerkant ja. Hoezo weet je dat niet? Heb je geen verkeersles gehad? Altijd aan de linkerkant lopen!” En ik zeg ook in gedachten: “Ja ik weet wel dat er een strook voor voetgangers is, maar daar loop ik alleen op als ik mijn enkels wil breken. Kijk toch hoe slecht dat er bij ligt.”
En dan ben ik weer in Groningen met het strakke fietspad, en merk ik dat ik vergeten ben om naar het atelier te fietsen.