20 september 2021

Ingang

Mijn hart bonst nog na. Ik zat in de keuken een boterham te eten en door de krant te bladeren toen de poort piepte en Sita de tuin in kwam. Wat een onverwachts genoegen! Maar hoe wist zij dat ik thuis was?
‘Ja,’ riep ze terwijl ze de achterdeur opende en de bijkeuken binnenstapte, ‘Ze is thuis! Wat fijn!’
Ik trok mijn malende gedachten-op-de-achtergrond uit het visiestuk dat ik aan het schrijven was, en voelde hoe krachtig de zuigende kracht van malende gedachten is, waardoor de woorden en zinnen van Sita maar niet binnen konden komen. Ze schampten langs conclusies, bonkten tegen doelstellingen, tot ze dankzij haar blijheid uiteindelijk een ingang vonden.

Ze had zichzelf buitengesloten toen ze iets uit haar auto wilde halen, en kwam bij mij haar reservesleutel ophalen.
O wat erg, dacht ik. Die heb ik helemaal niet. Hoe komt ze daar nu bij?
Maar Sita wist het zeker. Twee sleutels aan een ring, en de een zag er zus uit en de ander zo. En ik bewaar ze daar en daar. En verdomd, tussen andere onbekende sleutels lag een stel dat eruit zag zoals zij beschreef. Een beetje daas gaf ik ze aan haar, en onder opgelucht gebabbel vertrok ze weer door de achterdeur, trok de poort rustig achter zich dicht en verdween in het gangetje. Ik liep naar de voordeur om de deur van de meterkast te sluiten en zag haar langslopen, op weg naar haar auto. Ze had ook de voordeur uit kunnen gaan, dacht ik nog. En toen reed ze alweer in het kleine blauwe koekblikje voor mijn huis langs, op weg naar fatsoenlijke kleren die ze aan wou doen voor de fysiotherapeut.

Ik ben volkomen van mijn à propos. Eerst het besluit om een schrijfwerkdag te hebben waarmee ik contacten vermijd, en de vreemde ervaring om thuis te werken omdat de Energiewacht vanmiddag komt, dan de verrassing dat er zomaar op een werkdag een vriendin achter mijn huis verschijnt, met een heel verhaal dat ik niet volg, en de aanname dat ik sleutels van haar heb, echt niet, echt wel!
Dus nu zit ik met bonzend hart na te denken over hoe mijn verstand er met me vandoor gaat, en wat ik kan verwachten over twintig jaar als ik 75 ben.
Ik rammel dit takketakketak op mijn laptop en als ik zo de laatste punt heb gezet ga ik weer over tot de orde van de dag en commandeer ik mijn verwarde wezen om terug te keren naar malende gedachten over een serieus stuk. En zo gaan de dagen in vreugde voorbij.




Geen opmerkingen:

Een reactie posten