29 juni 2020

Onlanden

Ik ken de Onlanden alleen van de rondjes met de hardloopgroep, en dan is 'kennen' een heel groot woord, want ik dribbelde alleen achter andere mensen aan en deed mijn best vooral op het tempo, niet op het onthouden van de route.
Lydia heeft daar, dankzij de geërfde hond, een vaste route: fiets aan de paal, rechtdoor, links, links, checken bij de uitkijkpost of de tree al is gemaakt (natuurlijk niet maar dat is ook heel moeilijk wisten wij, want vind maar eens een horizontale plank van hout, ik geef het je te doen), theedrinken bij Natuurmonumenten, linksaf, fiets van het slot halen en door het Stadspark weer naar huis.
Deze route kan ik onthouden.
Het Stadspark puilde uit van overlopende vuilnisbakken, ondanks de aanwezigheid van een vuilniswagen waarin een slaperige vuilnisman met zijn hoofd achterover leunde en zijn ogen gesloten hield.
Op de terugweg, anderhalf uur later, was de vuilniswagen een meter of twee verplaatst en de stapels rotzooi in het park met een metertje uitgebreid.
Die man mag blij zijn dat ik geen toezicht op hem houd.
Het park puilde op onze terugweg ook uit van de mensen. Alsof er een festival was waar iedereen naartoe stroomde, biertjes in de hand, bierbuiken bloot.
Op de drafbaan, achter een gesloten hek, zaten mensen op het gras te luisteren naar iemand met een microfoon. Er waaiden 'eisen' de weg op, en 'weg met de regering'. Ik zei nog dat daar een hele goed methode voor bestaat, om een regering weg te krijgen, maar ze luisterden niet.
Het was verrukkelijk om het park weer uit te zijn.
Ik heb 's avonds nog lang gedacht aan de man in de vuilniswagen.



Geen opmerkingen:

Een reactie posten