Voor mijn nieuwste opdracht Buiten Stad heb ik in 2
gebouwen een werkplek. De ene is een vaste waar ik een sleutel voor heb
gekregen, de andere is een echte flexwerkplek. Iedereen moet er nog aan wennen,
aan die flexplekken die ze nog maar een maand hebben.
Ze zijn nog stevig in de voortschrijdend inzichtfase.
Er is al wel bekend dat er een gebrek is aan
vergaderruimte, en je mag maar maximaal anderhalf uur van je plaats zijn. Het
is wennen.
Ik zat er woensdag en zocht naar een prullenbak onder mijn bureau.
Doen ze niet aan. Die staan in meervoud milieupolitiek
correct gescheiden in de pantry. Ik dacht meteen aan de hoeveelheid plastic
vuilniszakjes die je bespaart, en aan de schoonmaakuren die dit scheelt.
Wat een vondst!
Ik pakte een boterham uit mijn broodtrommel en werd door
mijn buurvrouw op de vingers getikt. “Je mag niet eten aan je bureau”, zei ze.
We keken elkaar even stil aan.
Die begreep ik niet. Was dat vanwege de broodkruimels die
opgezogen moeten worden en dus schoonmaakkosten? Of is het uit zorgzaamheid
voor de medewerkers, dat ze van hun werkplek moeten opstaan om elders te eten?
Bij de vaste plek die ik sinds donderdag heb, die met de
sleutel, eten ze samen in het cafédeel van het gebouw. Ben ik altijd
voorstander van geweest. Weg van je computer om de mensen met wie je werkt eens
in de ogen te kijken.
Op de plek hier in Stad, waar ik ook een vaste flexplek
heb met een eigen sleutel, eet iedereen aan haar bureau. Even elders een soepje
halen en dan je toetsenbord zó verschuiven dat je gewoon verder kunt met werken.
Of even de stad in.
Het voordeel van freelancer zijn is de blik die me in
zoveel organisaties gegund wordt. Ideeën komen en gaan, mensen verzetten zich
en geven zich over. Ik moet er niet aan denken dat ik niet van veranderingen zou
houden.
Of van aanpassen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten