29 november 2025

Yogagenoten met postcovid

 'Wie gaat er maandags mee, een half uurtje zwemmen in de Papiermolen?' vroeg ik in de lente aan mijn yogagenoten die allemaal postcovid hebben. 

Eentje gaf een gil, eentje sloeg de handen voor de ogen, eentje kwam me aarzelend tegemoet, om me niet direct af te wijzen. Had ik iets verkeerds gezegd? 
'Het is maar een half uurtje,' zei ik nog, maar ik bleek volledig op het verkeerde spoor te zitten.
Iemand legde het me uit: thuis aankleden, spullen pakken, zorgen dat je bij het zwembad komt, omkleden, zwemmen, en wéér afdrogen en aankleden. En dan ben je er nog niet, want dan moet je ook nog naar huis en ben je de rest van de dag volledig kwijt.
Het uurtje yoga is voor de meesten al de opsporing van een paar dagen aan energie, zwaarder gemaakt door het halfuurtje ontspannen theedrinken na afloop.

Het artikel dat vandaag in de Volkskrant staat over het leven van postcovidpatiënten is hartverscheurend, er is niet tot nauwelijks medische kennis of ondersteuning, laat staan behandeling. De overheid neemt ze niet serieus en laat ze links liggen. Sterker: mijn yogagenoten moeten ook nog eens bijna een jaar op hun WIA keuring wachten, en eentje heeft zelfs te horen gekregen dat ze best nog wel tenten kan naaien in 50,5% van de tijd die ze niet afgekeurd is.

'Als dit het is dan hoeft het van mij niet meer,' zei iemand uit de groep een tijd geleden. Ze is niet de enige, in het artikel staat dat er zeker tien mensen het afgelopen jaar euthanasie hebben gekregen.

Zondag is er een protest op het Malieveld: https://www.watkanikdoen.nl/actie/het-pais-protest-niethersteld.  Via de link kun je online meedoen.

24 november 2025

Oppassen

Ik pas via de telefoonverbinding op mijn moeder terwijl mijn vader snel boodschappen doet. Ze wil hutspot en een toetje, pa moet vijf keer kijken of er nog wel een toetje is. Hij doet zijn sjaal om en draalt wat, en dan begint alles van voor af aan, hutspot, vlees, toetje! O een toetje! Is dat er nog wel?

Zij ligt op de bank in Borne, ik lees in Groningen, want ze was moe en wilde even stil zijn. Haar mobiel ligt op de tafel en staat op de luidspreker.

Ik hoor geschuifel, een deur die opent. 
Mam! Mam! Wat doe je?
Ik kom zo terug meisje
Mam kom terug, wat doe je?
Ik ga even naar de kelder
Nee kom terug!
Ja maar ik moet even kijken of er nog aardappels zijn!
Nee! Kom terug! Pa is aardappels kopen!
O echt waar? Dan ga ik weer terug op de bank.

Pffff. Het wordt tijd voor een slot op de gangdeur.

17 november 2025

Medium


 Er was eens een medium dat, samen met haar overleden schoonvader, lezingen gaf aan geïnteresseerden. Ga je mee, vroeg een vriendin die al vaker was geweest, en aangezien ik niet de beroerdste ben reden we naar een zaaltje in Meppel. Of Hoogeveen, of ergens daar in de buurt, het is twintig jaar geleden en ik vergeet wel eens wat. We waren met dertig mensen en we luisterden eerst een uur, voordat we vragen mochten stellen.

Ze heette Winifred, en ze woonde ergens in Drenthe. Haar schoonvader was na zijn overlijden haar gids geworden en samen gaven ze mensen advies en antwoorden op hun vragen. Ze vertelde dat je in elk volgend leven je beperkingen van het vorig leven meeneemt, of blijft ervaren. Zo was ik bijvoorbeeld in een vorig leven zwaar geestelijk en lichamelijk gehandicapt, was ik vaak misbruikt en ook nog eens half blind. Ik schamperde dat ik het dan goed had gedaan in dit leven waarin ik sportwedstrijden won en op de universiteit had gezeten. Winifred glimlachte een minzaam en alwetend glimlachje dat me vreselijk irriteerde. Veel meer kan ik me van die avond niet herinneren. Been there, done that, en het t-shirt hoefde ik niet.

Maar toen kwam dat akkefietje met het oog, waardoor ik half blind werd. Ik legde uiteraard geen enkele link met de avond in Meppel. Daarna kwamen de hersenschuddingen die elkaar in rap tempo opvolgden waardoor ik niet meer de capaciteiten heb die ik eerder had. Mijzelf geestelijk gehandicapt noemen ging me wat te ver, maar toch piepte het verhaal over het medium ineens weer omhoog, want én half blind, én defecte hersenen, dat kan geen toeval zijn. Vervolgens legde ik het idee weer veilig terug op de plank. Als je geen verbanden legt bestaat het toeval niet.

Twee weken geleden gleed ik van de trap. Ik heb altijd gedacht dat ik zou sterven door een val van de trap, dus ik dacht 'Dit is het, het is zo ver', maar ik ging niet dood, ik lag alleen onderaan de trap te gillen van de pijn. En van de schrik omdat ik niet was overleden denk ik. Dus nu ben ik half blind, ik mis vaardigheden in mijn hoofd, en ik loop mank. En ik kan het medium Winifred in Drenthe niet meer uit mijn hoofd krijgen en al helemaal niet meer terugvinden op internet.

8 november 2025

Van de trap gevallen


 Hoe kan het nou dat ik onderaan de trap tien minuten keihard loei van de pijn, ('De buuf is nu echt wel wakker') en dat dan uit de foto's blijkt dat er niks is gebroken? Waar komt die bizarre pijn dan vandaan?

Doe me dan maar krukken, zei ik, en nu hop ik al vier dagen met wisselende pijn in het rond. Ik ben niet op mijn hoofd gevallen overigens, maar dat komt natuurlijk omdat ik het quotum voor hersenschuddingen allang heb verbruikt. 

Dit maal beperkt het leed zich tot mijn linkerbeen. Ik liep de trap af met een volle wasmand, keek in de bocht even achterom of ik een schilderijtje had geraakt, verstapte me en gleed met het linkerbeen vooruit naar beneden.

Ik had wel graag gezien dat er iets gebroken was in mijn been. Alle mogelijkheden lagen open en die doen ook alledrie verrekte pijn: middenvoetsbeentjes, enkel en knie. Maar nee, er is weer eens niks te constateren. Met een breuk gaat er gips om, het is voor iedereen duidelijk wat er is, och wat een gek verhaal weer (en wat een schuine blik van de huisarts op Cor), en na een paar weken is het klaar. Nu heb ik geen enkel bewijs van pijn, of van dat er überhaupt 'iets' is. Voor hetzelfde geld stel ik me weer eens aan. 

Met die hersenschuddingen had ik er ook wel graag een stuk gips omheen gehad: Na 6 weken klaar, in de tussentijd niet mee douchen en laat het sporten ook maar even rusten. Dan wist ik tenminste waar ik aan toe was, en hoefde ik dat slappe gedoe van lege echo's en foto's niet te omzwachtelen met leuke woorden.